Nocturne
Een toegang naar ’t rijk der dromen.
Geklapwiek, dat vaag verrast.
Een kring halfgestorven bomen.
Van doornen omkronkte bast.
Warm donker, vol teedre aromen.
Een tuin, zwoel van bloesemstromen.
Een perk, waar één berk uit wast.
Bij moeizaam traag naderkomen
Met staag hand- en voetgetast,
Voel ik mij vreemd opgenomen
Geheimvol, onroerbaar vast
In ban van verzaligd schromen.
Zie de eerste maanschijnsels domen.
Daar scheemren weer heuvelzomen.
In ’t woud waakt een drom fantomen.
Reeds wenken elfen en gnomen
Welkom naar de eenzame gast.
Uit: ‘De Gids’ (jaargang 127)
***********************
Hendrik de Vries was een Groningse dichter en beeldend kunstenaar, die vooral in het interbellum invloedrijk was en mede aan de wieg stond aan de Beweging van Vijftig. Als dichter publiceerde De Vries vanaf zijn jeugd. Zijn gedichten werden onder meer in het literaire tijdschrift Het Getij gepubliceerd. Hendrik de Vries was een vroege surrealist. Hij was anti-burgerlijk ingesteld en predikte vitaliteit. Het onderbewuste speelt een cruciale rol in zijn poëzie.
Veel van zijn inspiratie vond De Vries in de Spaanse wereld. Hij was zo in die Spaanse cultuur verdiept geraakt, dat hij heel wat gedichten (met name copla’s) in het Spaans heeft geschreven.
Ter gelegenheid van zijn vijftigste verjaardag riep de gemeente Groningen de Hendrik de Vriesprijs in het leven. De Vries was de eerste die de prijs ontving.