Byzantium
wiegen vol beduimelde ongeborenen
bontgevlekt gekoeioneerd dus goedmoeds
ter helle ingegraven – kwellende dorst
naar wat dreigt te komen: de tiran
de tiran waar een kostbaar gat in zit
waardoor roofvogels vliegen en gebeenten
van oudheidkundigen en berouwvolle harten ook
naar hartelust mieren onder vermoeide ogen
stiekem gestolen donderslagen in de pijpmouw
zij die daar vuisten ballen en wegtrappen
wat zij niet verdienen
overal bureaus verwekkende tweebenige beesten
overal tweebenige beesten barende bureaus
en niemand rust en iedereen slaapt
bij nacht en in het volle licht
wordt er gestort smakelijke gerechten als er zijn
in de buik van een dood mens
Uit: ‘Val voor een vliegengod’ (1972) – De Bezige Bij.